- Voor de appelflappen
- 6 tot 8 grote goudrenetten
- kaneel, om de appels te bestuiven
- 200 gr bloem
- ¼ tl zout
- 250 ml bier
- 1 ei, losgeklopt
- Verder nodig
- zonnebloem- of arachideolie, om in te frituren
- poedersuiker, om te bestuiven
De één noemt het appelflappen, de ander appelbeignets. Eén ding is zeker: ze zijn heerlijk en mogen zeker niet ontbreken naast de oliebollen. Je kunt ook beignets maken van ander fruit, denk hierbij aan abrikozen (vers of gedroogd en geweld), plakken ananas, pruimen, stukken banaan, kwarten peer of klaargemaakte stoofpeertjes in kwarten. Het recept daarvoor vind je hier! Zorg dat al het fruit goed droog is voordat je ze met kaneel bestuift en door het beslag haalt. Eventueel kun je de kaneel ook met wat bloem mengen en de vruchten hiermee ‘paneren’; zo zijn ze echt goed droog. Geniet van deze heerlijke zelfgebakken appelflappen met dit appelflappen recept!

Appelbeignet maken
Verwarm de olie voor op 180 °C in een frituurpan of grote gietijzeren pan.
Schil de appels en verwijder het klokhuis met een appelboor. Snijd de appels in schijven van een kleine centimeter dikte. Bestuif de appels met kaneel naar smaak en zorg ervoor dat dit gelijkmatig verdeeld is.
Meng voor het beslag de bloem en het zout in een kom. Voeg geleidelijk aan het bier toe en mix dit tot een glad beslag. Voeg als laatste het ei toe en meng dit nog kort door.
Appelbeignets bakken
Haal de appelschijven door het beslag zodat ze aan alle kanten bedekt zijn. Laat de schijven met behulp van twee vorken in de hete olie glijden. Bak de beignets 4 tot 6 minuten tot ze goudgeel zijn en keer ze halverwege.
Laat ze uitlekken op een paar lagen keukenpapier en serveer ze (lauw)warm, bestoven met poedersuiker. Afgekoelde appelbeignets kun je kort opwarmen in de oven op 160 °C.
Foto’s: Harold Pereira



















