Citroenkoekjes recept

Heb je al weleens zelf citroenkoekjes gemaakt? Dit is een echte aanrader! De citroenkoekjes zijn bros en knapperig, heerlijk fris en vol van smaak. En ook  nog eens supermakkelijk om te maken. Het deeg hoeft niet te rusten, waardoor je direct aan de slag kunt met het vormen en bakken van de koekjes. Bij dit citroenkoekjes recept gebruik ik een fris citroenglazuur, maar dat kun je eventueel ook achterwege laten.

Als rijsmiddel gebruik ik baking soda in dit recept. De baking soda reageert met het zuur van de citroen en daardoor rijst het deeg extra luchtig. De koekjes komen hierdoor tijdens het bakken zelfs een stuk omhoog en zakken daarna weer in. Dat hoort zo en zorgt voor heerlijk brosse en knapperige citroenkoekjes.

Met dit recept kun je 30-35 citroenkoekjes maken.

Citroen-gemberkoekjes maken

Door gember toe te voegen, krijg je een heerlijke variatie op dit recept. Laat wat gekonfijte stemgember uitlekken, hak het grof en leg het op het deeg voordat de koekjes de oven in gaan. Met deze simpele toevoeging geniet je van superlekkere citroen-gemberkoekjes!

Brosse citroenkoekjes bakken 

Verwarm de oven voor op 170 °C en bekleed een bakplaat met bakpapier. 

Doe de boter, basterdsuiker, citroenrasp en het zout in een kom en meng alles door elkaar. Dit kun je doen met een spatel, met een handmixer met deeghaken of met een standmixer met de platte menghaak. Meng het citroensap door het mengsel. Voeg de bloem en baking soda toe en kneed alles tot een deeg. 

Maak van het deeg bolletjes van 15-20 gram en leg deze met voldoende tussenruimte op de bakplaat. Druk de deegbolletjes plat tot ze ruim ½ centimeter dik zijn. Bak de citroenkoekjes in 15-20 minuten goudbruin en gaar. De koekjes zullen tijdens het bakken omhoogkomen en weer inzakken. Dit hoort zo en komt door de baking soda. Leg de citroenkoekjes na het bakken op een rooster en laat ze afkoelen. 

Meng de poedersuiker met het citroensap tot een glad en niet te dun glazuur en besprenkel de koekjes daarmee. Dat kun je doen met een theelepel of met een zelfgemaakt cornetje.

Foto: Erik Spronk